Carnitineprofiel helpt behandelkeuze depressie

DepressieRecent is nogmaals het verband tussen een verlaagde bloedspiegel van acetyl-L-carnitine en depressie onderstreept. Uit onderzoek met 240 deelnemers bleek het carnitineprofiel een biomarker te kunnen zijn om meer gepersonaliseerd te behandelen én om het effect van de therapie met (standaard) antidepressiva te volgen. Tevens blijkt dat acetyl-L-carnitine effectief kan zijn als antidepressivum met weinig bijwerkingen, ook voor mensen die niet voldoende op reguliere therapie reageren.
 
In Nederland krijgt jaarlijks ongeveer 5% van de volwassenen te maken met een depressie[1]. In Vlaanderen gaat het om 6% van de personen van 15 jaar en ouder[2]. Een depressieve episode duurt gemiddeld zes maanden. In sommige gevallen houden de depressieve klachten aan gedurende meer dan twee jaar. Voor de behandeling van een depressie zijn verschillende klassen medicijnen beschikbaar, zoals tricyclische antidepressiva (TCA’s) en selectieve serotonine heropnameremmers (SSRI’s). Acetyl-L-carnitine (ALC) kan een alternatief zijn voor deze middelen.
 

Studie carnitineprofiel en depressie

Bekend is dat de effectiviteit van reguliere antidepressiva maar gedeeltelijk voorspeld kan worden op basis van klinische symptomen en dat naast depressieve gevoelens ook andere symptomen van belang zijn in de heterogeniteit van de behandelrespons[3]. Onderzoekers van de Mayo Clinic en Duke University uit de Verenigde Staten opperen dat er mogelijk sprake is van drie verschillende fenotypen, namelijk:
 

  • depressie met uitsluitend de kernsymptomen,
  • depressie met neurovegetatieve symptomen van melancholie en
  • depressie gecombineerd met angst.

 
Op basis van een goede biomarker zou het fenotype bepaald en de behandeling gepersonaliseerd kunnen worden. Een nieuwe studie laat zien dat het acylcarnitinen-profiel in plasma hiervoor mogelijk geschikt is[3]. Acylcarnitinen zijn vetzuuresters van carnitine die in het lichaam worden gevormd.
 
Aan het onderzoek namen 240 mensen met een depressie deel. Zij gebruikten gedurende acht weken het antidepressivum citalopram of escitalopram. Aan het begin van de studie en na acht weken werd de plasmaconcentratie bepaald van korte-, medium- en lange keten acylcarnitinen. Analyse toont aan dat de verschillende fenotypen onderscheiden konden worden op basis van het acylcarnitinen-profiel[3]. Mensen met een ernstige vorm van depressie hadden bijvoorbeeld een lagere concentratie acetyl-L-carnitine dan mensen met een milde depressie. Deze bevinding suggereert dat acetyl-L-carnitine betrokken is bij de pathofysiologie van de aandoening. Bovendien bleek het acylcarnitine-profiel een maat te kunnen zijn voor de behandelrespons[3].
 
Deze bevinding is in lijn met onderzoek van Rockefeller University waarin wordt aangetoond dat mensen met een depressie een significant lagere plasmaconcentratie ALC hebben ten opzichte van gezonde mensen[4]. Ook in deze studie werd gevonden dat de mate van het ALC-tekort een indicator was voor de ernst van de depressie. Significante verschillen voor de plasmaconcentratie L-carnitine werden niet gevonden[4].
 

(Pre)klinische studies

Verschillende studies laten zien dat acetyl-L-carnitine effectief depressieve symptomen kan verminderen[5,6]. Preklinische studies suggereren dat de effectiviteit gebaseerd is op twee mechanismen, namelijk een neurochemisch- en epigenetisch mechanisme[7,8]. In verschillende gerandomiseerde klinische onderzoeken (RCT) is ALC effectief gebleken bij de behandeling van depressie[5,6].
Uit een systematische review en meta-analyse uit 2018 van wetenschappers uit Italië en Londen blijkt ALC even effectief te zijn als andere antidepressiva, met name bij ouderen. Gelijktijdig gebruik met een antidepressivum zou een groter effect kunnen sorteren.
Gebruikte doseringen in de studies varieerden van 1 tot 3 gram ALC per dag verdeeld over twee of drie innamemomenten, waarbij hogere doseringen effectiever lijken te zijn dan lagere[5]. Opvallend is dat deelnemers die ALC gebruikten weinig bijwerkingen hadden ervaren.
 

Acetyl-L-carnitine minste bijwerkingen

Uit dezelfde meta-analyse blijkt verder dat gebruikers van ALC 79% minder bijwerkingen ervaren dan mensen die reguliere antidepressiva gebruiken[5]. Deze bevinding is interessant voor patiënten met een langdurige of ernstigere depressie, omdat deze groep gevoeliger is voor nadelige bijwerkingen door sterkere depressieve klachten aan de start van de behandeling. In een eerdere Duitse studie werden de bijwerkingen van verschillende klassen antidepressiva vergeleken middels een netwerk analyse op basis van 28 onderzoeken[9]. Hieruit kwam naar voren dat bij de TCA’s voornamelijk bijwerkingen optraden als verwardheid, droge mond en obstipatie en bij de SSRI’s maag-darmklachten en slaapproblemen. In alle gevallen stopten veruit de minste patiënten voortijdig met de behandeling wanneer zij uitsluitend werden behandeld met acetyl-L-carnitine en kwamen in deze groep de minste bijwerkingen voor[9].
 

Acetyl-L-carnitine bij depressie

Acetyl-L-carnitine is een lichaamseigen stof. Het is de geacetyleerde vorm van L-carnitine, waarbij carnitine een ester vormt met een acetylgroep. Zowel L-carnitine als ALC zijn belangrijk voor de vetstofwisseling en de energiehuishouding in mitochondriën. In tegenstelling tot L-carnitine kan acetyl-L-carnitine de bloedhersenbarrière gemakkelijk passeren. De stof heeft invloed op de plasticiteit van de hersenen en kan op basis hiervan depressieve klachten verminderen[4,10].
Gebruik van acetyl-L-carnitine bij depressie is effectief, wordt goed verdragen en geeft weinig bijwerkingen. ALC zou een goede behandeloptie kunnen zijn bij mensen met een depressie die niet voldoende reageren op reguliere antidepressiva of mensen die gevoelig zijn voor bijwerkingen, zoals ouderen[5,6].
De nieuwe studie van wetenschappers van de Mayo Clinic en Duke University uit de Verenigde Staten onderstreept nog eens de mogelijke betrokkenheid van acetyl-L-carnitine bij de pathofysiologie van depressie. ALC zou niet alleen als effectieve behandeling ingezet kunnen worden, maar het ALC-profiel zou zelfs kunnen helpen om meer gepersonaliseerd te behandelen én om het effect van de therapie met (standaard) antidepressiva te volgen[3].
 

Referenties:

  1. Trimbos.nl | Depressie in Nederland: feiten en cijfers [Internet]. [cited 2020 Jul 31]. Available from: https://www.trimbos.nl/kennis/cijfers/depressie
  2. Psychische stoorissen – Statistiek Vlaanderen [Internet]. [cited 2020 Jul 31]. Available from: https://www.statistiekvlaanderen.be/nl/psychische-stoornissen
  3. Ahmed AT, MahmoudianDehkordi S, Bhattacharyya S, Arnold M, Liu D, Neavin D, et al. Acylcarnitine metabolomic profiles inform clinically-defined major depressive phenotypes. J Affect Disord. 2020 Mar 1;264:90–7.
  4. Nasca C, Bigio B, Lee FS, Young SP, Kautz MM, Albright A, et al. Acetyl-L-carnitine deficiency in patients with major depressive disorder. Proc Natl Acad Sci U S A. 2018 Aug 21;115(34):8627–32.
  5. Veronese N, Stubbs B, Solmi M, Ajnakina O, Carvalho AF, Maggi S. Acetyl-L-Carnitine Supplementation and the Treatment of Depressive Symptoms. Psychosom Med. 2018 Feb 1;80(2):154–9.
  6. Wang SM, Han C, Lee SJ, Patkar AA, Masand PS, Pae CU. A review of current evidence for acetyl-l-carnitine in the treatment of depression. Vol. 53, Journal of Psychiatric Research. Elsevier Ltd; 2014. p. 30–7.
  7. Cuccurazzu B, Bortolotto V, Valente MM, Ubezio F, Koverech A, Canonico PL, et al. Upregulation of mGlu2 receptors via NF-κB p65 acetylation is involved in the proneurogenic and antidepressant effects of acetyl-L-carnitine. Neuropsychopharmacology. 2013 Oct 14;38(11):2220–30.
  8. Nasca C, Xenos D, Barone Y, Caruso A, Scaccianoce S, Matrisciano F, et al. L-acetylcarnitine causes rapid antidepressant effects through the epigenetic induction of mGlu2 receptors. Proc Natl Acad Sci U S A. 2013 Mar 19;110(12):4804–9.
  9. Kriston L, Von Wolff A, Westphal A, Hölzel LP, Härter M. Efficacy and acceptability of acute treatments for persistent depressive disorder: A network meta-analysis. Depress Anxiety. 2014;31(8):621–30.
  10. Smeland OB, Meisingset TW, Borges K, Sonnewald U. Chronic acetyl-l-carnitine alters brain energy metabolism and increases noradrenaline and serotonin content in healthy mice. Neurochem Int. 2012 Jul;61(1):100–7.

 
Bron: Springfield Nutra

Comments are closed.